Stop met groene window dressing: optimaliseer je code, niet je bios
Is sustainable IT belangrijk voor je? Of wil je gewoonweg meer besparen {???}. Laten we dan dit afspreken: sustainability is geen BIOS-vinkje. Ik leg het allemaal in dit blog uit.
Bedrijven zijn druk met sustainability rapportages. CSRD, ESG, assurance. Het moet in orde zijn.
En dus gaat alle aandacht naar … BIOS-settings. C-states aan. Turbo uit. Power profiles op “balanced”. Klaar!
Klinkt technisch. Voelt groen. Feit: het levert bijna niets op.
Waarom niet? Omdat je grootste verbruiker niet het moederbord is, maar de software die je erop draait. Inefficiënte code jaagt CPU-cycles, geheugen en I/O door het dak. Chattende microservices. N+1-queries. Polling in plaats van events. Te veel logging. Onnodige serialisaties. Stop!
Al die “kleine” verliezen stapelen op tot megawatts en euro’s. En je BIOS kan dat dus niet ‘even fixen’.
Echte duurzaamheidswinst zit in de applicatielaag in combinatie met je architectuur. In het kort: minder werk doen voor hetzelfde resultaat. Wie wil dat niet? En dat is pas echt groen. Hoe?
Dat begint met meten. Niet “server idle”, maar “euro’s per business-transactie”. Wat kost één order, ticket of API-call aan CPU-tijd, netwerk en storage? Zet daar een CO₂-factor en kWh-prijs naast en je ziet precies waar de lekken zitten. Klinkt simpel? Is het. We voeren dit soort metingen wekelijks uit.
Vervolgens optimaliseren. Verwijder chatty calls. Batch waar het kan. Cache slim. Kies efficiëntere datastructuren. Gebruik asynchroon waar synchroon niets toevoegt. Schakel ruis uit: overbodige agents, verbose logs, zombie-containers. Right-size daarna pas je platform. In die volgorde. Anders snij je in capaciteit terwijl de verspilling blijft bestaan.
Resultaat? Minder resources, lagere rekening en lagere uitstoot. Bovendien mét aantoonbare cijfers voor je auditor. Dat is “lean & mean” IT: niet groener rapporteren, maar groener draaien. BIOS-settings mogen uiteraard, maar graag als sluitstuk. Niet als strategie.
Kortom: als je duurzaamheid serieus neemt, optimaliseer je eerst de software en pas je daarna de hardware aan. Alles daarbuiten is window dressing met een groene sticker.
Halveer je CO₂ in weken: optimaliseer vóór je rightsizet
Halveren is vaak geen ambitie, maar het minimum. In moderne stacks lekt er zóveel verspilling weg dat halveren van CPU-tijd, I/O en geheugen meestal binnen 1-2 weken haalbaar is. En ja: factor 10–100 komt geregeld voor. Niet door magie, maar door techniek die je vandaag kunt toepassen. Ik leg het je graag uit. En dat begint met deze vraag:
Waar zit de winst?
- Door-metingen die ertoe doen
Meet niet alleen verbruik (CPU/RAM/I/O), maar ook waar en waarom het gebeurt. Koppel hotspots aan concrete userflows en transacties. - Inefficiënties zichtbaar maken
Vang verspilling in drie smaken: steeds opnieuw hetzelfde uitrekenen, data ophalen die je niet gebruikt en data in te kleine porties binnenhalen (chattiness). - Lokaliteitsbeginsel toepassen
Verwerk data daar waar die al staat; verstuur alleen wat écht nodig is tussen systemen. Minder hops = minder latency, minder energie, minder kosten. - Algoritmes die schalen
Kies en tune algoritmes voor jouw huidige schaal - en laat ze meegroeien als de load toeneemt. Efficiëntie als eigenschap, niet als afterthought. - Slimme terugkoppeling aan gebruikers
Toon voortgang en status zodat mensen niet blijven refreshen. Dat scheelt onnodige calls, loadspikes en energie … én voorkomt frustratie.
De aanpak:
- Meet wat ertoe doet: joules en euro’s per business-transactie (order, factuur, API-call). Niet “CPU 70%”, maar “€0,003 en 0,4 Wh per order”.
- Profile in productie-condities: Zware queries, landurige URL’s, Intensieve I/O. Vind de 3 hotspots die 80% verbruiken.
- Fix in de juiste volgorde: eerst verspilling eruit, dán rightsizen. Anders knijp je capaciteit terwijl de lekken blijven.
- Bewijs met cijfers: before/after met identieke workload, SLO’s, kWh en CO₂-factor. Auditors houden van grafieken, finance van dalende OPEX.
- Blijf monitoren: duurzaamheid is geen eenmalige exercitie.
Waarom dit nu urgent is:
De jaren ’90 ruilden efficiënt programmeren in voor snel shippen. Hardware werd sneller. En ‘dorstiger’. Resultaat: software die meer cycles slurpt dan ooit, terwijl je kassa tikt per vCPU-uur en per I/O. “Snellere servers” lossen niets op als je code traag blijft. Elke onnodige milliseconde is energieverlies, kostenverlies en CO₂ die je niet hoeft uit te stoten.
Duurzame IT begint met minder werk doen voor dezelfde waarde. Optimaliseer de software, meet per transactie, snijd ruis weg en kijk pas dán naar BIOS en platform. Alles daarbuiten is groene schmink.
Van window dressing naar winst: sustainable IT die telt
Sustainable IT is geen PR-project en geen BIOS-tune. Het is een keuze voor discipline: minder werk laten doen door je software voor dezelfde bedrijfswaarde. Niet omdat het “moet” van CSRD, maar omdat je balans er beter van wordt. De rest is bijvangst: minder uitstoot, minder piekbelasting, minder brandjes.
Wat nú telt voor ambitieuze CIO/CFO/CTO’s: kun je aantonen dat één order, factuur of API-call minder CPU-tijd, minder I/O en minder netwerk vraagt dan vorige maand? Kun je laten zien dat tail-latency daalt terwijl capaciteit omlaag gaat? Kun je je auditor harde, reproduceerbare cijfers geven en je finance-team een lagere, voorspelbare rekening? Dáár zit volwassenheid. Dáár eindigt greenwashing.
De valkuil is verleidelijk: “we hebben de BIOS op balanced gezet, dus we zijn goed bezig.” Dat is window dressing én het bespaart niet echt. Of liever .. echt niet. Als je applicaties onnodig rekenen, loggen en praten, verspilt elke kloktik energie, in je eigen datacenter én in de cloud. Dan is elk “groen” rapport een mooi verhaal op papier, maar zie je het niet terug op de factuur. En niet in je CO₂-boekhouding.
De beloning van echte efficiëntie is cumulatief. Minder cycles per transactie schalen mee met groei. Je betaalt minder voor dezelfde omzet. Je SLO’s worden stabieler. Je platform wordt veel makkelijker te beheren. En ja: je CSRD-paragraaf wordt sterker, want je onderbouwt met meetreeksen in joules én euro’s, niet met losse vinkjes.
Hoort cultuur daar ook bij? Ja. KPI’s die sturen op “energie en kosten per transactie”, niet op “servers bezet”. Governance die optimalisatie structureel maakt (definition of done, performance budgets, logging-normen). En rapportage die de business begrijpt: wat kost een bestelling, wat levert een optimalisatie op, wanneer is iets “groen genoeg”.
Kortom: sustainable IT begint waar waarde ontstaat - in je software – en eindigt met hardware als sluitstuk. Alles daartussen is regie, discipline en bewijs.
Klinkt goed? Is het ook. Dat vinden wij en belangrijker dan dat, dat vinden onze klanten.
Wil je ook weten wat jouw applicaties écht kosten in kWh, CO₂ en euro’s per transactie. En wat je in weken kunt winnen?
Vraag direct de vrijblijvende Sustainable IT Quick Scan aan. We meten in jouw omgeving, tonen de hotspots en leveren before/after met harde cijfers. Geen groene stickers, wel groene resultaten.
informatie [at] sciante [dot] nl (👉 )informatie [at] sciante [dot] nl (Subject: Ik%20wil%20groene%20code) (Stuur een bericht voor een afspraak.)